GANZEN
Ganzen horen; op één uitzondering na; thuis in de subfamilie Anserinae.
Deze uitzondering is de Ekstergans die als enige de subfamilie Anhimidae uitmaakt.
Ganzen zijn gekend als uitstekende grazers en leven meer op het land dan andere watervogels.
Hierdoor zijn ze voorzien van sterke, vrij lange poten die midden onder het lichaam geplaatst zijn waardoor ze goed kunnen lopen.
Ganzen beschikken over een specifieke krachtige kegelvormige snavel waarbij aan de bovensnavel een zaagrand zit.
Ganzensoorten
Geslacht:
▪ Anser = Grijze ganzen
- Zwaangans (Anser cygnoides)
- Grauwe gans (Anser anser) (er bestaan 2 ondersoorten)
- Rietgans (Anser fabilis) (er bestaan 5 ondersoorten)
- Kleine Rietgans (Anser brachyrhynchus)
- Indische gans of Streepkopgans (Anser indicus)
- Kolgans (Anser albifrons) (er bestaan 5 ondersoorten)
- Goudooggans (Anser erythropus)
- Keizergans (Anser canagica)
- Sneeuwgans (Anser caerulescens) (er bestaan 3 ondersoorten)
- Ross' gans (Anser rossii)
▪ Branta = Zwart-witte ganzen
- Canada gans (Branta canadensis) (er bestaan 11 ondersoorten)
- Hawaii gans of Néné (Branta sandvicensis)
- Rotgans (Branta bernicla) (er bestaan 3 ondersoorten)
- Brandgans (Branta leucopsis)
- Roodhalsgans (Branta ruficollis)
Half ganzen :
- Blauwvleugelgans (Cyanochen cyanopterus)
- Nijlgans (Alopochen aegyptiacus)
- Orinoco gans (Neochen jubatus)
- Andesgans (Chloephaga melanoptera)
- Magelhaengans (Chloephaga picta) (er bestaan 2 ondersoorten)
- Kelpgans (Chloephaga hybrida) (er bestaan 2 ondersoorten)
- Grijskopgans (Chloephaga poliocephala)
- Roodkopgans (Chloephaga rubidiceps)
Bijzondere ganzen :
- Hoendergans of Cereopsis (Cereopsis novaehollandiae)
- Spoorwiekgans (Plectropterus gambensis) (er bestaan 2 ondersoorten)
- Manengans (Chenonetta jubata)
- Ekstergans (Anseranas semipalmata)
